Denise Hille: ‘G-voetbal: niet alleen voor spelers met Down?’

By Denise Hille | G-voetbal

mrt 28 2016

Denise Hille

“G-voetbal is toch vooral voor mensen met het Downsyndroom of een verstandelijke beperking?” Mijn antwoord: “Ja ook!” Maar behalve spelers met het Downsyndroom, zijn er ook kinderen met bijvoorbeeld een vorm van autisme (maar een normaal IQ) die het vanwege hun sociale tekortkoming niet aandurven bij een reguliere club. Soms hebben zij daar zelfs al een teleurstellende ervaring achter de rug, waardoor het plezier in voetbal ze eigenlijk is vergaan. Zonde natuurlijk, want voetbal is voor iedereen! En toch schrikt het veel ouders af om hun kind aan te melden bij een G-elftal.

Mijn naam is Denise Hille, 43 jaar, getrouwd en moeder van een zoon van 15 jaar met Asperger (een vorm van autisme). Ik ben door Michel Hollander gevraagd om blogs te schrijven over het G-voetbal. Een tak van voetbal die mij inmiddels aan het hart ligt. Zes jaar geleden had ik er nog nooit van gehoord en ik had er ook een verkeerd beeld bij.

Een verkeerd beeld

Ik ben als secretaris verbonden aan de G-afdeling van HOSV Friends. Als mensen iets horen over G-voetbal, dan merk ik vaak dat men over het algemeen niet goed op de hoogte is van wat het nou precies inhoudt.

G-Voetbal is voor iedereen en bestemd voor spelers die ten gevolge van hun beperking te veel belemmeringen ondervinden om mee te doen aan een reguliere competitie. Het is voor spelers/speelsters met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking.

Doe het toch niet!

Toen mijn zoon een jaar of tien was, begon zijn interesse voor voetbal. Als ik aan voetbal dacht, dacht ik aan de drukte op het veld, met fanatieke spelers en ouders die minstens zo fanatiek langs de zijlijn staan. Dat leek me geen goed plan, tenminste niet voor hem. Binnen no-time zou ik dan weer met een kwaad gefrustreerd en overprikkeld kind naar huis kunnen om nooit meer op het veld terug te komen.

Bij toeval kwam ik terecht bij HOSV Friends. Het is me serieus door mensen in mijn eigen omgeving uit mijn hoofd gepraat, want je laat hem toch niet spelen tussen die “mongolen”. En ja, eigenwijs als ik ben, zijn we het juist gaan doen. En je raadt het al, we zijn nooit meer weggegaan.

Kinderen accepteren elkaar

Binnen onze vereniging is het gebruikelijk dat je vier weken op proef meespeelt. Je bent dan nog geen lid en je kunt vrijblijvend kijken of je het leuk vindt en of je je thuis voelt bij je clubgenootjes. De teams zijn ingedeeld op leeftijd maar alle handicaps zitten door elkaar; van Downies en spelers die moeilijk ter been zijn tot auti’s met een normaal IQ en verstandelijk beperkte spelers. En het gekke is, daar waar ouders soms vooroordelen hebben, daar accepteren kinderen elkaar vanaf dag één. Vaak zie je al, dat een kind na één of twee keer meetrainen opbloeit. Zij zien dat er behalve op school meer kinderen zijn zoals zij.

Niet elke handicap is zichtbaar

Niet aan elk kind zie je de handicap af. Zeker voor kinderen met een vorm van autisme geldt, dat zij vaak tegen een muur aanlopen; ze zien er normaal uit, hebben vaak een vlotte babbel maar kunnen emoties soms heel slecht reguleren. Bij een G-voetbalclub is er begrip voor deze emoties en is er een begeleider aanwezig om de speler even te kalmeren zodat hij daarna weer lekker mee kan doen. Wat veel mensen niet weten, is dat er een speciale KNVB-competitie is voor het G-voetbal, waarin de teams om de twee weken een wedstrijd spelen tegen andere G-teams van hetzelfde niveau.

Wil je meer weten over G-voetbal, lees dan mijn blogs en stel je vragen!

Denise

About the Author