“Mag ik op voetbal?” De vraag die vaak wordt gesteld van zoon aan vader en meestal makkelijk kan worden ingekopt met het antwoord: “Natuurlijk jongen, we melden je aan bij de lokale voetbalclub.” In ons gezin ligt dat wat moeilijker, want mijn zoon die dit vroeg is namelijk beperkt. Beperkt, ik hou niet van dat woord, maar het is nou eenmaal gangbare taal.
Ivar is geboren met hersenbeschadiging, waardoor hij verstandelijk beperkt is, lichamelijk een spasme in zijn linkerkant heeft, zijn linker arm-handfunctie nauwelijks werkt en hij ook epilepsie heeft. Ivar is inmiddels 18 jaar en Ivar houdt van voetbal: op TV, op de Ipad, op de computer, en ook om zelf te doen.
Tsja, en dan voetballen?
Dan kun je als vader twee dingen doen: zeggen dat dat niet kan: “nee jongen, dat kan niet vanwege jouw beperking” of een oplossing bedenken en er voor gaan. Ik heb gekozen voor het tweede en daarin een fundamenteel andere insteek gekozen: voetballen met een plus in plaats van met een beperking. Want er zijn, volgens mij, heel veel mensen die best wel een balletje willen trappen, maar altijd weer herinnerd worden aan de beperking en dan te horen krijgen dat dat niet kan. Hoezo participatiemaatschappij?
Wat zou het toch mooi zijn, als deze doelgroep vanuit een plus zou worden benaderd: “kom maar voetballen, vertel me je plus en daar gaan we een oplossing voor zoeken.” Een verstandelijke plus, een lichamelijke plus, een sociaal-emotionele plus, maakt niet uit welke. Je mag meedoen, bij een échte voetbalclub en je bent er van harte welkom!
Bij voetbalvereniging Beuningse Boys stonden ze daar in 2014 voor open, toen we dit voorlegden aan het bestuur. Inmiddels draaien we een fantastisch Voetbal+ team, met brede steun van de club. Binnenkort met een nieuw hoogtepunt, namelijk deelname aan de Special Olympics Nationale Spelen 2016, op 1-2-3 juli in de regio Nijmegen.
In de komende blogs neem ik je graag mee in deze wondere wereld van voetbal met een plus!
Frank Engelbart